De gemiddelde leeftijd van fietsers in Nederland is +/- 35. Voor velen een leeftijd dat het woord ‘gezin’ steeds vaker genoemd wordt. Een gezin betekent bijna altijd keuzes maken. Keuzes maken tussen fietsen en het gezin. Maar wat als je die keuze niet hoeft te maken. In dit artikel vertelt gastblogger Ruth hoe je dat het beste aanpakt. Immers, de beste avonturen hoeven helemaal niet groots en meeslepend te zijn. Als je je liefde voor fietsen en bikepacken wilt delen met je kinderen, dan is dat makkelijker dan je denkt. Al twee keer ging zij op fietskampeervakantie met haar kleuterdochter. In deze blog vind je vijf tips waarmee ook jij in een mum van tijd op bikepacking avontuur kunt met je jonge kind of kinderen. 

Foto’s en tekst: Ruth Koops van ’t Jagt

First timers

De eerste keer dat ik op fietskampeertrip ging met mijn dochter Evie was ze vier jaar oud. De meeste mensen keken mij hoofdschuddend aan toen ik mijn plannen deelde, maar ik was eigenwijs en zette door. We kozen een prachtig natuurkampeerterrein op zo’n 10 kilometer van huis, pakten onze spulletjes -van tentje tot matjes en van brandertje tot knuffels- goed en stevig in en beleefden, ondanks fikse regenval, een heerlijk fietsavontuur om nooit te vergeten. Inmiddels zijn we voor de tweede keer op pad geweest, nu naar een camping op 20 kilometer, met prachtig weer. Appeltaart onderweg, paardebloemenpluizen en het eerste fluitenkruid. We kunnen allebei niet wachten tot we weer mogen. 

Van proberen ga je leren, zeggen we bij ons thuis vaak. En geleerd, over hoe je juist wel en niet moet bikepacken met jonge kinderen, dat heb ik inmiddels. Omdat ik hoop ook anderen te inspireren tot deze kleine avonturen deel ik mijn belangrijkste lessen met jullie in vijf tips. 

Tip 1. Blijf dicht bij huis

Tenzij je zoon of dochter een Annemiek of Mathieu in de dop is, kun je het beste kiezen voor een slaapplek dichtbij huis. Jullie tempo zal een stuk lager liggen dan wanneer je in je eentje of met je vaste woensdagavondclubje op pad gaat. Wij haalden, met hele stukken waarop ik mijn dochter duwde, net iets meer dan 10km/u gemiddeld. Tijdens onze eerste trip was onze eerste pauze al bij een speeltuin op nog geen kilometer van ons huis. Omarm dat trage tempo en onthoud: het gaat niet om de bestemming, maar om de reis er naartoe. Het is ook een mooie aanleiding om met andere ogen naar je directe omgeving te kijken: wat is er eigenlijk allemaal aan moois binnen een straal van 10 tot 20 kilometer rondom jullie huis? De kilometers waarin je normaalgesproken nog aan het warmdraaien bent zijn nu de belangrijkste kilometers van jullie avontuur. 

Tip 2. Investeer in goede gear

Goede uitrusting scheelt een hoop. Dat begint al bij de keuze van je tent: wij gaan op pad met de Quickhiker light 4 van de Decathlon, een tent die ik in mijn eentje op kan zetten terwijl de dochter in de speeltuin speelt. Zelfs al zijn we maar met z’n tweeën, het is toch ontzettend fijn om een wat ruimere tent mee te hebben. Wat betreft slaapmatje ben ik groot fan van de Exped Synmat Ultralight, op te blazen met een ingenieuze ‘zak’. Warme slaapzakken zijn ook echt een must: als je het ’s nachts koud hebt slaap je echt een stuk slechter. En dat merk je de volgende dag :-).

De eerste keer maakte ik de vergissing om voor kleine lichtgewicht slaapzakjes te gaan die tot 10 graden Celsius ‘comfortabel’ zijn. Dat hebben we geweten: uiteindelijk lag ik met al mijn kleding en mijn donsjas aan in de slaapzak. Voor kinderen is een thermo-ondergoedset van echte wol een aanrader, bijvoorbeeld van het prachtige Scandinavische merk Dilling. Uiteraard kun je ook ‘besparen’ op je bagage door voor een trekkershut te kiezen in plaats van voor een tent, en pizza’s te bestellen in plaats van uit eten te gaan. Maar de echte magie krijg je als je ’s avonds voor je tentje op een eenpitsbrandertje verse pasta kookt. 

Tip 3. Geduld is een schone zaak

Kinderen blijven kinderen. Een bikepackingavontuur met jonge kinderen werkt het beste als je het beschouwt als een grote mindfulness-oefening. Deel de route voor jezelf alvast op in meerdere blokken, en neem geregeld pauze. En bereid je erop voor dat ook buiten die geplande pauzeplekken veel gestopt gaat worden. Omdat er een speeltuin is. Omdat er een paard geaaid moet worden. Of omdat je kind jeuk heeft aan zijn/haar enkel. Soms moet er een bosje bloemen geplukt worden voor de knuffel die natuurlijk ook mee is. Omdat ze moe zijn of omdat ze over een bergje in de berm willen fietsen. Neem dus de tijd en ga op pad met de juiste mindset: je zult niet snel gaan, niet ver, en dat is helemaal oké. 

Tip 4. Rij autoluw of autovrij

Plan de route zo dat je je niet te veel zorgen hoeft te maken om scheurende auto’s. Kies voor gescheiden fietspaden, autoluwe en autovrije wegen en ga van de gebaande paden. Stap op je gravelfiets, want dat geeft je de vrijheid om voor onverharde wegen te kiezen en die zijn meestal ook autovrij. Zo hoef je niet constant superalert te zijn op bellende automobilisten of een onverhoedse beweging van je kind. En dat fietst toch een stuk relaxter. Al zijn de recreatieve e-bikers vaak al uitdagend genoeg. 

Tip 5. Neem niet te veel hooi op je vork, of bagage op je rug

Er kan nog nauwelijks bagage op de fiets van je kind. De eerste keer had mijn dochter niet eens een bagagedrager, dus het bleef bij een rugzakje waar haar knuffels in zaten. De tweede keer hebben we de slaapzak onder haar snelbinders gebonden. Maar dat betekent dat jij nog steeds het grootste deel van de bagage mee moet nemen. Er paste veel in mijn bikepacks, maar niet alles. Dat betekende dat ik onder andere de tent van dik vier kilo in een backpack op mijn rug had. En dat is met je houding op de fiets én met het af en toe duwen van je kind toch geen goed plan. Tenzij je op de camping een goede massage kunt boeken is dat dus echt af te raden. Ik spaar nu voor een bagagetrailer voor aan de fiets. Want dan we vaker gaan bikepacken samen, dat staat vast! 

Bonustip van Sander: GENIET!

Zeker met jonge kinderen is de bestemming of de afstand of de snelheid niet het belangrijkste. Het is vooral het moment dat je samen kunt delen. Dat is ‘priceless’, zoals ze bij een bepaald betaalbedrijf graag prediken.