Enerzijds vrezen we voor ze; anderzijds blijven ze ons roepen: kasseienstroken. Waar de Franse regio Nord-Pas de Calais (tegen de Belgische grens) vooral bekend staat om de vele boerenakkers, is dat niet waarvoor wij fietsers deze regio opzoeken. Wij komen voor de iconische kinderkopjes van kasseienklassieker Parijs-Roubaix, die halverwege april weer plaatsvindt. Natuurlijk is de koers nog leuker om te volgen wanneer je zelf hebt ervaren hoe ‘hels’ het gevoel is van kinderkopjes onder je 28 mm bandjes. Daarom hebben we alvast vijf stroken uitgezocht die je dit voorjaar zelf zou moeten rijden. Zie dit als jouw afvinklijst voor een fietsweekend in Nord-Pas de Calais!
Foto’s door: Michiel Maas, Adobe, Ag2r, Sander Kolsloot
De kasseienstroken van Parijs-Roubaix; wat kan je verwachten?
De magie van ‘Parijs-Roubaix’ trekt elk jaar vele wielertoeristen naar dit gebied. Het zijn die fietsers die gek tóch een keer over ‘Mons-en-Pévèle’ of ‘Carrefour de L’Arbre’ willen rijden. Of nou ja, rijden? We kunnen misschien beter het woord ‘stuiteren’ gebruiken. Je weet van tevoren al dat de lange kasseienstroken ‘hels’ zijn. Al stuiterend zul je je bedenken waarom je aan deze rit begonnen bent. Maar tegelijkertijd zal je vooral plezier ervaren; wat een gekkenwerk, die stroken. En wat een bikkels, die profs die deze kasseienklassieker rijden.
Tips voor een kasseienrit? Verlaag je bandendruk, houd het stuur losjes vast en gebruik je armen om de klappen op te vangen. Misschien wel het belangrijkste: zorg dat je lekker op snelheid blijft. Hoe sneller je rijdt, hoe makkelijker het gaat.
1. Bos van Wallers – Trouée D’Arenberg (5 sterren)
Dit is misschien wel de bekendste kasseienstrook van Parijs-Roubaix, en dus een absolute ‘must-do’ voor jouw rit in deze omgeving. Dit is echt 2,4 kilometer afzien, niet voor niets wordt deze strook ook wel de poort naar de hel genoemd. De kasseien zijn grof, ongelijk en liggen los. Daarbij komt nog dat er een lichte klim en afdaling in het stuk zit. Deze strook staat overigens ook bekend om vele valpartijen tijdens de koers. De renners komen het bos in na een lichte afdaling, waardoor ze met hoge snelheid op de kasseien knallen. Iets wat vaker niet goed, dan wel goed ging. Tijdens de laatste editie in 2024 was er een chicane toegevoegd in het parcours, om de aanloop rustiger te maken. Iets waar niet alle renners en teams enthousiast over waren. Daarom zal de gehele aanloop in de editie van 2025 aangepast worden, om zo de snelheid wat in te dammen.
2. Mons-en-Pévèle (5 sterren)
Met de ligging van deze strook, op ongeveer 45 kilometer voor de finish, is dit nog niet per sé een strook waar de koers wordt beslist. Maar met bijna 3 kilometer aan slechte stenen (ook dit is er weer een met een 5 sterren classificatie) is dit wél een strook waar de eerste renners afvallen. De strook begint vals plat, hobbelt omhoog en duwt de renners richting een cruciale bocht waar stuurmanskunst en positionering het verschil maken. Een verkeerde lijn, een moment van onoplettendheid… En de Parijs-Roubaix droom kan in een fractie van een seconde voorbij zijn. Zo werd Johan Vansummeren op de Mons-en-Pévèle in 2010 opgehouden door een valpartij. Een jaar later pakte hij – ondanks een lekke band – tijdens Parijs-Roubaix toch nog de grootste zege uit zijn carrière.
3. Camphin-en-Pévèle (4 sterren)
Een strook die goed past in de Hel van het Noorden, want hij ligt er meestal slecht bij. Waar je bij veel kasseienstroken nog wel een (soort van) ‘goede lijn’ kunt vinden, is het hier echt overal schots en scheef. Tijdens de koers is het belangrijk dat renners op deze strook in de voorste groep zitten. Hier wordt vaak het verschil gemaakt. Óf omdat renners hier voor de aanval gaan, maar ook omdat hier nog wel eens een valpartij ontstaat waardoor menig renner achterblijft. De renners weten ook: al na een kilometer na de Camphin-en-Pévèle strook staat de Carrefour de L’Arbre te wachten. Belangrijk om hier een goede positie in te nemen dus. Als je hier zelf overheen wil; succes! Er is geen ruimte voor een stukje door het gras of een stukje verlossing van het blijvende gestuiterd. 1800 lange meters, met ongeveer halverwege een haakse bocht naar rechts. Als je de Camphin-en-Pévèle zelf wilt fietsen na een regenbui moet je hier echt voorzichtig doen. Het kan hier écht glad zijn.
4. Carrefour de l’Arbre (5 sterren)
Na het bos van Wallers is de kasseienstrook van Carrefour de L’Arbre standaard met 5 sterren gecategoriseerd. Bijna direct na de Camphin-en-Pévèle en op slechts 15 kilometer voor de finish is dit hét moment voor die renners die nog een ‘cartouche’ over hebben. De strook is 2100 meter lang. Iedereen die de strook met eigen ogen ziet denkt: ‘hier ga ik toch niet met mijn gezonde verstand overheen fietsen?’ Exact: gezond verstand kun je beter thuislaten. Dit doe je niet voor je lol, maar voor het verhaal achteraf. Omdat je dan straks de koers zit te kijken – met de herinneringen van het gestuiter en de pijn nog in je achterhoofd – en je ergens een klein beetje meemaakt waar de renners doorheen gaan.
Dit is tevens de strook die voor altijd verbonden is met tweevoudig winnaar Marc Madiot. Deze beruchte kasseistrook speelde in beide van zijn overwinningen een beslissende rol. Het is ook de strook van grote namen Backstedt, Boonen en Cancellara – die hier na drie overwinningen tijdens zijn laatste editie ten val kwam, waarna Mathew Hayman won. Al met al; op deze helse kasseienstrook ontstaan misschien wel de echte verhalen. Jaar op jaar wordt hier het verschil gemaakt.
5. Quiévy – Saint-Python (4 sterren)
Dit is – wat de koers betreft – niet de spannendste, want deze strook zit al aan het begin van Parijs-Roubaix. Toch is het een bijzondere, vooral om zelf te fietsen. Deze strook is met 3,7 kilometer een van de langste kasseienstroken van Parijs-Roubaix, en dat zorgt ervoor dat het peloton hier flink uitdunt. Wie hier al in de problemen komt, weet dat het een lange en zware dag gaat worden richting de Vélodrome van Roubaix.
Zelf de ‘Hel van het Noorden’ aangaan?
Elk jaar weer trekken enkele duizenden wielertoeristen naar het noorden van Frankrijk om zichzelf te pijnigen op de kasseienstroken van Parijs naar Roubaix. Voor diegenen die dat graag willen is er de mogelijkheid om zelf (delen van) de klassieker te fietsen. Tip: de Paris Roubaix Challenge – met routeopties tussen 70, 140 of zelfs 175 kilometer – is er eentje voor in de boeken. Wij wensen je in ieder geval succes! En sterkte..