De ochtendzon prikt zijn eerste stralen tussen de huizen van Kastoria. In het Orologopoulou hotel zijn de meeste gasten nog onder zeil. Of in ieder geval laten zij zich niet zien. Hotelbaas Sideris Smaropoulos is al in volle gang. Als ik op kousenvoeten de ontbijtruimte binnen kom is hij er als de kippen bij. Met een vrolijke ‘Kalimera’ en een ‘Ti Kanis’ (hoe gaat het), laat hij merken een goed gastheer te zijn. Of ik ook koffie wil. Uiteraard zeg ik daar geen ‘nee’ tegen. Ondertussen komt een net zo vriendelijke dame uit de keuken met allerlei lekkernijen. Van warme mini-appelflappen, tot verse kaasomelet, fruit en noem maar op. Griekse gastvrijheid op zijn best. Zo gaan we graag fietsen in Griekenland.

Kastoria – West Macedonië

Tot enkele jaren terug hadden velen van ons nooit gehoord over de regio Macedonië in Griekenland, al dan niet terecht. Echter, toen het huidige Noord-Macedonië in de aanvraagprocedure van de EU terecht kwam, veranderde dat. Griekenland maakte bezwaar tegen de naam van het land en aldus ontstond Noord-Macedonië. Ongemerkt stond daarmee ook Macedonië op de kaart. Het hart van de regio West-Macedonië wordt gevormd door de plaats Kastoria. Een favoriete plek voor de Griekse wintertoeristen en een bestemming in ontwikkeling voor de rest. Met het water en de bergen dichtbij is het een heerlijke, mediterraanse plek met een boulevard, een oud centrum en absoluut potentieel. We zijn een paar dagen op ontdekking voor een speciaal project. Dit is ons basecamp.

Gruppetto

Bij het ontbijt druppelen langzaam mijn groepsgenoten binnen. Hoofd van deze expeditie is Nick Rachovitis, een welbespraakte Griek die bijna perfect Oxford-Engels spreekt. Het ontbijtgezelschap wordt gecompleteerd door Spyros en Kostas, die meefietsen en foto’s maken/organisatorisch betrokken zijn. Spyros is ook het brein achter Cyclonews.gr, een Griekse website met nieuws en info over de wielersport. Ondertussen is Stelios, een van de medewerkers van het hotel onder de indruk van mijn fiets. Dat kan ook niet anders. Hij begint enthousiast vragen te stellen. Fietsen leeft hier meer dan je zou denken. Het gesprek zet zich voort op het terras waar ook Iannis zich bij ons voegt. Hij gaat vandaag mooie plaatjes maken. Helemaal top.

(On)geregeldheden

Als je praat in stereotypen dan zijn Noord-Europeanen en Zuid-Europeanen in het algemeen echte tegenpolen. Wij Nederlanders zijn van de rust en regelmaat. Grieken zijn daarentegen wat minder strak georganiseerd en alles gebeurt zoals het gebeurt. Zo ook deze ochtend. Terwijl wij op verschillende plekken beelden schieten (en ik een beetje heen en weer rijdt over geitenpaden) komen er telkens nieuwe mensen bij onze groep. Lambros, naar later blijkt de chauffeur en manusje van alles, is de eerste die er bij komt. Stereotypischer kan haast niet. Net niet fietsfit, sigaret in de hand en druk bellend. Zijn bulderende lach werkt aanstekelijk. Ik vind het genieten. Ook verderop komen en gaan de mensen die zich op een of andere manier met het proces bemoeien. Dat is ook Griekenland: veel kapiteins, geen schip. 

Community

Op het meer van Kastoria wordt nog echt gevist. Een aantal lokale vissers komt aanvaren en wordt gelijk even gecharterd als achtergrond voor wat foto’s. Zoals Nick gelijk opmerkt: ‘dat gebeurt niet in Nederland, of wel?’ Ondenkbaar. Griekenland is wat dat betreft veel meer een community. Mensen maken contact, helpen of bieden hulp aan, vragen wat je komt doen en zijn geïnteresseerd. Ik zie weinig mensen met BEATS hoofdtelefoons lopen. Wel met hun telefoon aan hun oor, dat wel.

Richting Prespa

Vandaag gaan we door de bergen richting Prespa, het meer (of eigenlijk de twee meren) die Griekenland deelt met Albanië en Noord-Macedonië. De beelden op internet zijn al prachtig, hoe moet dat in het echt wel niet zijn? De weg ernaartoe is oplopend, eerst door wat dorpjes en daarna zelfs door een gebied waar beren hun habitat hebben. Ik moet toch even met m’n ogen knipperen als ik het lees. Navraag bij Nick bevestigt de teksten op het bord: this is bear country.

Vanuit het vertrek uit Kastoria gaat het omhoog. Samen met maat Spyros hebben we een lekker tempo en we rijden een korte opwarmer, met een maximum van vijf procent. Eenmaal boven rollen we naar beneden maar dan heb ik lek. Mijn tubeless voorband heeft een plotselinge leegloper en we staan langs de kant. Ons support team is ondertussen net even lunch halen, dus rest ons niets anders dan ook te gaan zitten voor een kop koffie. Typischer dan dit wordt het niet. Tijd is jouw vriend en zo leeft men hier ook. 

Door richting de meren

Na de bandenwissel gaan we een stukje met de auto om wat tijd goed te maken. Met alle fotoshoots en materiaalissues is wat tijd verloren gegaan. De weg leidt over een brede provinciale weg door de bergen. Het is vanaf dit moment geen enkele meter vlak meer. Of het gaat (vals plat) omhoog of het gaat naar beneden. Wat opvalt: langs de weg staan verschillende bordjes die waarschuwen voor beren. Dit is hun natuurlijke habitat. Niet dat er ineens een beer gaat oversteken, toch? Ook zie je onderweg meerdere borden met ‘Albania’ erop. De grens met dit Balkanland is heel dichtbij en op de grote weg zie je ook veel vrachtwagens die van en naar Albanië rijden.

Terug naar het fietsen. We draaien bij het bordje ‘Prespes’ linksaf en hier gaat de fun beginnen. Een steile klim met prachtige haarspeldbochten. Het is een klim van ruim twee kilometer lengte, maar je bent ineens wel 180 meter hoger op de aardbol. Reken maar uit. De steilste stukken zitten op dertien en viertien procent! Na het zuur komt het zoet zeggen ze altijd en dat is hier ook zo. Want eenmaal boven opent zich een panorama waar je u tegen zegt. Ondanks de steile percentages kan ik alleen maar ‘wow’ roepen. We stoppen hier om te genieten van het uitzicht en wat foto’s te maken

Hobbel de bobbel

Tot dit punt zijn de wegen in Griekenland van prima kwaliteit. Enkel in de steden zie je nog wel wat uitdagingen, maar goed. Daar is mee te leven. De weg naar boven op de klim is vrij goed met een enkele groef of een klein gat. Niets waar je onrustig van zou worden. Op de weg naar beneden, richting het meer verandert dat iets. De afdaling is vrij steil en het eerste deel richting Karyes is vrij technisch. Let hier echt goed op. Dit is geen route voor snelheidsduivels.

Eenmaal beneden draaien we linksaf richting Psarades. We rijden tussen twee meren door. Het kleine en het grote Prespameer. Het is een prachtig uitzicht. Je kijkt letterlijk de ene kant richting Albanië en de andere kant richting Noord-Macedonië. Dit is een drielandenpunt met mogelijkheden. Als de grens richting Noord-Macedonië open gaat kun je hier een rondje Prespa doen. Dat is indrukwekkend.

Psarades

Het vissersdorpje Psarades is een soort einde van de wereld. Je komt uit aan de rand van het Prespameer. Om er te komen zul je de venijnige klim naar het kerkje van Agios Georgios moeten bedwingen. In meer dan tweeeneenhalve kilometer kom je langere stukken boven tien procent tegen. Met een beetje training is dit een prima uitdaging. Het uitzicht op de meren en de omgeving is onbetaalbaar. Bijkomend voordeel: het is hier zo rustig. We komen überhaupt geen fietsers tegen. Uiteraard is er wel autoverkeer maar het is hier geen A10 in de spits. Dat zorgt wel voor een wat rustiger gevoel en voor wat ruimte om soms een gat in de weg te ontwijken. De afdaling naar Psarades ligt er voor onze standaard slecht bij. Het uitzicht maakt een hoop goed, maar beter hou je je ogen op de weg en je handen dichtbij de remgreep.

In Psarades zelf lijkt de tijd wat stil te hebben gestaan. Er loopt een kudde koeien los over een grasveld. De plaatselijke ouderlingen verzamelen zich bij een café voor een koffie en een goed gesprek. Of ze zitten op het pleintje uit de zon. In Psarades zit meer dan 24 uur in een dag. Ons groepje trekt ook wat bekijks. Ze zien hier eigenlijk nooit fietsers en al helemaal niet op een fiets met wielen die voor de meeste Grieken financieel onbereikbaar zijn. Het is goed om te beseffen in welke positie je verkeert.

Door naar Florina

Om bij onze finishplek Florina te komen, moeten we een stuk terug over dezelfde weg. De klim naar Agios Georgios weer omhoog, de mooie korte afdaling naar beneden en dan weer omhoog over de klim richting het uitzichtpunt op de E15. Hier doen ze nog niet aan bordjes op de top. Er is nog een wereld te winnen. Of we laten het gewoon zo. Want het is toch veel mooier om naar de kerk van Agios Nikolaos of Anthonisos te klimmen dan de Prespaberg? Ik vind van wel. Ook richting Florina ligt een prachtige uitdaging op ons te wachten. Waar we op de kruising eerder linksaf richting Prespa gingen, moeten we nu linksaf (we zijn op de weg terug he) naar Pisoderi. Het skicentrum Pisoderi. Want Griekenland mag dan een zonnestemming van Cor en Don zijn, in de winter kun je hier skiën. Verwacht geen Oostenrijkse of Zwitserse ‘bergbannen’, maar wel de mogelijkheid om met de lange latten door de sneeuw te zoeven.

De klim naar Vigla

Op een lengte van negen kilometer klim je naar een hoogte van bijna 1500 meter. Bij Vigla is de klim op de top en wat je dan zeker mee gaat nemen: wat een gemene berg is dit! Je begint vrij rustig met lage percentages om na de afdaling weer even warm te draaien. Na twee kilometer verandert alles abrupt. Ineens schiet de Wahoo richting dubbele cijfers en tik je de veertien procent aan. 500 meter lang komt de teller niet onder de tien procent en zie je even sterretjes. Dan vlakt het ineens weer af. Dat geintje herhaalt zich een keer of vier. Wat je wel weet: bij elke steile strook ligt een prachtige haarspeldbocht op je te wachten.

Noord-Grieks genieten

We draaien vanwege de tijd eerder om. We hebben zo ongeveer de hele dag op de fiets gezeten, maar uiteindelijk voor foto’s en beelden geschoten. Wat wel bij blijft: het is een schitterende omgeving. Ruig, open, een combinatie van Baskenland, soms Midden-Frankrijk en dan weer Italië. Ook zie je dingen die heel typisch zijn voor Griekenland. De dorpjes, de vegetatie, de korte klimmetjes en langs de kant van de weg veel kerkjes en soms ook kleine altaartjes in de vorm van een kerk. Een kleine reminder dat niet alles rozengeur en maneschijn is.